Het openluchtmuseum Bokrijk krijgt van de Vlaamse overheid een premie van 14,5 miljoen euro voor de volledige restauratie van het onroerend erfgoed. De eerste schijf van 3,2 miljoen euro zal gebruikt worden om onder meer twee windmolens, de kerk van Erpekom en enkele hoeves te restaureren.

Sinds 1996 is het provinciaal domein van Bokrijk beschermd als monument omwille van de unieke verzameling van gebouwen afkomstig uit verschillende regio's in Vlaanderen. "Monumenten die om welke reden dan ook afgebroken moesten worden, werden naar het museum in Bokrijk gebracht en daar weer heropgebouwd", aldus gedeputeerde van Erfgoed en Monumentenzorg, Igor Philjtens (Open Vld). "Zo heeft elk gebouw dat er staat een verhaal."

De komende vijf jaar zullen 120 van de in totaal 132 onroerende objecten gerestaureerd worden. De eerste schijf van 3,2 miljoen euro wordt dit jaar al toegekend voor de restauratie van onder meer de windmolen uit Schulen en Mol-Millegem, de kerk van Erpekom, de Breughelhoeve uit Vorselaar en de langgevelhoeve uit Heist-op-den-Berg.

Tijdens de werkzaamheden blijft het museum open voor het publiek. "Meer zelfs, de restauratie van de gebouwen gaat deel uit maken van het museum", aldus Philtjens. "Via foto's en panelen kunnen bezoekers zien welke restauratietechnieken gebruikt worden en op regelmatige tijdstippen zal de werf ook opengesteld worden. Op die manier willen we mensen inspireren om het vak te leren."

De totale kostprijs van de restauratie bedraagt 22,5 miljoen euro. Naast de Vlaamse subsidies doen ook de provincie Limburg en vzw Het domein Bokrijk een duit in het zakje. Eind 2022 moet het openluchtmuseum volledig opgefrist zijn.