Het gemeentebestuur is vorig jaar gestart met de opmaak van een nieuw mobiliteitsplan. Om alle inwoners van onze gemeente maximaal te sensibiliseren en te laten participeren, werd in elke deelgemeente een tentoonstelling over mobiliteit in Kasterlee georganiseerd.

Bezoekers konden er hun ideeën geven over de mobiliteit van de toekomst en aandachtspunten delen, onder andere door een vragenlijst in te vullen en op kaarten aan te duiden waar er bijvoorbeeld fietspaden ontbreken, waar ze voetpaden wensen, hoe ze sluipverkeer zouden vermijden of welk snelheidsregime gepast is.

Het gemeentebestuur mocht 160 ingevulde enquêtes ontvangen. De bezorgdheden van onze inwoners situeren zich voornamelijk in de omgeving van scholen en recreatiegebieden. Meermaals werden conflicten tussen parkerende wagens en voetgangers/fietsers in de Mgr. Cardijnstraat, de Molenstraat en de Leistraat aangehaald.

Hoewel de gemeente positieve reacties kreeg over het blad- en ijsvrij maken van de fietsvoorzieningen, zorgt het onderhoud van fietspaden (bv. langs de N19) en het ontbreken van fiets -en voetgangersvoorzieningen tussen de Hoge Rielen en het station van Tielen en in de omgeving van woonzorgcentra zoals het Binnenpad en de Witte Bergen voor frustraties bij gebruikers.

Niet alleen knelpunten met betrekking tot langzaam verkeer werden aangehaald, maar ook het gemis van busverbindingen tussen de drie deelgemeenten kwam meermaals aan bod. Wel positief is de aanwezigheid van goede buslijnen naar Turnhout en Geel.

Ook het station van Tielen wordt als een sterke troef ervaren, al wordt ook opgemerkt dat de populariteit ervan mede verklaard wordt door het gratis parkeren.

Op het vlak van gemotoriseerd verkeer vragen de inwoners om het aandeel vrachtverkeer door de dorpskernen in te perken maar ook om voldoende parkeerplaatsen te voorzien voor de vrachtwagens zodat deze niet langer op ongewenste locaties parkeren.

Buiten dit hekelpunt wordt het parkeerbeleid positief geëvalueerd: de blauwe zone en het gratis parkeren wordt positief onthaald al dienen bepaalde omgevingen (denk maar aan het funerarium in Lichtaart) geëvalueerd te worden op het vlak van dit beleid.

Eén onderwerp, dat bovenstaande thema's wat overkoepelt, is de aandacht voor de andersvaliden. Gevraagd wordt om alternatieven te zoeken voor deze groep op het vlak van openbaar vervoer en om rekening te houden bij het ontwerp van het openbaar domein met toegankelijke bushaltes, alsook bij het parkeerbeleid.

De resultaten van deze enquête vormen de basis voor het verdere verloop van het traject om tot een gedragen mobiliteitsplan te komen voor de volgende tien jaar.