In het Grote Netewoud bij Balen werd afgelopen weekend een braamparelmoervlinder gezien. Dat is de tweede locatie voor Vlaanderen. De zuidelijke soort profiteert van de klimaatopwarming, meldt Natuurpunt woensdag.

De waarneming gebeurde in De Most in Balen, een gebied dat beheerd wordt door het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), en een deel vormt van het Grote Netewoud. "Het Grote Netewoud is een natuurproject met hooilanden, laagveen, landduinen en broekbossen, aan de oevers van de Grote Nete tussen Meerhout, Geel, Balen en Mol", beschrijft Wim Veraghtert van Natuurpunt. Het gebied maakt deel uit van Natura 2000, een Europees netwerk van waardevolle natuurgebieden.

Twee lopende projecten moeten de natuurwaarde in het gebied versterken en deelgebieden met elkaar verbinden. De eerste successen zijn er al: zo doet de veldparelmoer het nu al goed en ook de kleine parelmoer is er te vinden en nu dus ook de braamparelmoervlinder.

De braamparelmoervlinder heeft een luipaardmotief met oranje en donker bruine stippen. "Op de onderkant van de achtervleugel is een paarsbruine kleur die ongeveer de helft van de vleugel bedekt", zegt Veraghtert. "Op de bovenkant van de achtervleugel staan vrijstaande bruine vlekken langs de buitenrand. De voorvleugels van de braamparelmoervlinder hebben ronde vleugeltoppen. De soort overwintert als ei. In de lente vliegen de vlinders uit. De vliegtijd duurt nog tot midden augustus. Waardplanten zijn bramen- of frambozenstruiken."

Het gaat om de tweede Vlaamse locatie ooit voor de soort, de primeur (in 2015) was voor het Walenbos in Tielt-Winge (Vlaams-Brabant). De eerste Belgische waarneming dateert van 2006.

Ondertussen is de soort al verspreid over het zuidelijk landsdeel.
Het is een van die soorten die kan profiteren van de klimaatverandering. "De voorbije 40 jaar slaagde de vlinder er in om van de zuidelijke helft van Frankrijk via de Gaume en de Moezelstreek zo'n 500 km noordwaarts op te schuiven." (Belga)