Het openbaar ministerie heeft donderdag achttien maanden cel gevorderd voor advocaat Pol Vandemeulebroucke. Hij staat samen met vijftien andere beklaagden terecht in een grote drugszaak over uithalingen van partijen cocaïne via de haven van Antwerpen.

De advocaat wordt niet vervolgd voor de drugsfeiten, wel zou hij zijn beroepsgeheim hebben geschonden en zou hij deel hebben uitgemaakt van de criminele organisatie. Vandemeulebroucke ontkent.

Het onderzoek ging van start nadat Mustafa A. op 10 augustus 2017 betrapt werd toen hij op de terreinen van containerbehandelaar DP World een partij cocaïne uit een Zuid-Amerikaanse container wilde overbrengen naar een Europese, omdat die minder kans op controle liep.

In de container, die uit Brazilië afkomstig was, werden 32 sporttassen aangetroffen met daarin 993 kilo cocaïne. Uit verder onderzoek bleek dat er samen met die container nog twee andere verscheept waren.

Eén van die containers was naar een tussenopslagbedrijf in Lille gebracht. Er zaten nog eens 16 sporttassen in met 327 kilo cocaïne.

Mustafa A. verklaarde dat hij via een oud-collega met een zekere 'Rachid' in contact was gekomen. Die had hem 50.000 euro beloofd om de sporttassen van de ene naar de andere container te brengen.

Straddle-chauffeur Marc M. bekende dat hij de containers uit hun stapel moest halen en naar een afgelegen plek diende te rijden. Bij een huiszoeking in zijn woning werd bijna 8.000 euro cash aangetroffen. Mustafa A. en Marc M. werden in juni vorig jaar al veroordeeld.

Het onderzoek spitste zich intussen verder toe op hun opdrachtgevers en de andere betrokkenen. Zo kon 'Rachid' geïdentificeerd worden als Rachid E.Y. De oud-collega die Mustafa A. geronseld had, bleek Nojzdar N. te zijn. Marc M. werd dan weer aangebracht door Uka G. De eigenlijke opdrachtgever, die 'Mister X' genoemd werd, kon niet geïdentificeerd worden.

Uit het verdere onderzoek, met tapmaatregelen en observaties, bleek dat de beklaagden continu bezig waren met het voorbereiden en organiseren van drugstransporten.

Zo bleek uit afgeluisterde gesprekken dat ze aan het bekijken waren of de havens van Vlissingen, Zeebrugge en Le Havre geschikt waren voor het opstarten van een cocaïnelijn.

Het was tijdens de afgeluisterde gesprekken van Uka G. dat advocaat Pol Vandemeulebroucke in beeld kwam. Hij had bij het parket laten informeren of er beslag was gelegd op een lading cocaïne. Volgens Vandemeulebroucke liep Uka G. gevaar, omdat enkele Albanezen dachten dat hij hun zoek geraakte partij coke gestolen had.

Het openbaar ministerie vindt dat de advocaat zijn boekje te buiten is gegaan. "Nergens in de afgeluisterde gesprekken is er sprake van een levensbedreigende situatie.

En als dat inderdaad zo was, dan had hij maar naar de politie moeten gaan", stelde de procureur. Hij vond ook dat de advocaat een "atypische relatie" had met zijn cliënt. Zo spraken ze op restaurant of bij Uka G. thuis af, in plaats van op kantoor. Ze gaven elkaar een knuffel, in plaats van een hand, etc.

Hij vorderde achttien maanden cel voor Vandemeulebroucke. De advocaat, die bij het grote publiek bekend als de advocaat van Danny Vanhamel voor de ontvoering van Anthony De Clerck, ontkent dat hij iets oneerbaar of strafbaar gedaan heeft.

Het openbaar ministerie vorderde voor Rachid E.Y. en Uka G. twaalf jaar cel. Voor de andere beklaagden werden celstraffen van achttien maanden tot negen jaar geëist.

Op 27 en 28 februari wordt er verder gepleit. (Belga)