In 2013 werden 65.484 verlossingen in Vlaanderen opgetekend. In vergelijking met de cijfers van 2012 (66.822) is dat een daling van 1.338 bevallingen of 2 procent. Dat blijkt uit het jaarverslag dat de vzw Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie (SPE) donderdag heeft bekendgemaakt.
Jaarlijks brengt het SPE - in samenwerking met het Vlaamse Agentschap Zorg en Gezondheid - bij de aanvang van het nieuwe jaar het totale aantal verlossingen in de 65 kinderziekenhuizen in Vlaanderen in kaart. Het SPE registreert 100 procent van de ziekenhuisbevallingen.
In het voorbije jaar 2013 werden 65.484 verlossingen opgetekend. Alle provincies kenden in 2013 een daling van het aantal geboortes. De grootste afname is er in de provincie Limburg (- 4,11 procent). De provincies Oost-Vlaanderen (- 1,98 procent) en Antwerpen (- 1,88 procent) schommelen rond het gemiddelde, gevolgd door de provincie West- Vlaanderen (- 1,62 procent). De provincie Vlaams-Brabant daalt dit jaar het minst (- 0,98 procent).
Crisis
"Het geboortecijfer wordt beïnvloed door wat een kwarteeuw eerder gebeurde", zegt gynaecoloog Hendrik Cammu (UZ Brussel). "Na de oorlog, in de golden fifties, was er een babyboom waarbij veel kinderen werden geboren. Vanaf het midden van de jaren 1980 waren er - mede door de crisis - minder geboortes. Dus zijn er nu, een kwarteeuw later, ook minder vrouwen die kinderen krijgen."
Het is het derde jaar op rij dat er een daling van de geboortes wordt vastgesteld. "Toch valt het aantal geboortes bij ons nog mee", zegt dokter Cammu. "Bij ons krijgt een moeder statistisch gezien 1,70 kinderen. Bij de autochtone bevolking is dat 1,50 en bij de allochtone bevolking 2,90. Maar elders in Europa, zeker in de zuiderse landen, is dat nog een pak minder. Spanje haalt amper 1,3 kind per moeder.