Begin mei gaan de werken voor de verhoging van de brug van de E34 over het Albertkanaal in Oelegem (Ranst) hun tweede fase in. Vanaf dan zal gewerkt worden aan de kant van de brug in de richting van Nederland. De verhogingswerken op de brughelft in de richting van Antwerpen zijn intussen afgerond. Van 23 april tot en met 8 mei is er een tussenfase, waarbij het verkeer in beide richtingen over versmalde rijstroken aan de uiterst rechtse kant van iedere brug zal rijden (net zoals dat de voorbije maanden al het geval was aan de kant richting Nederland). Als alles volgens plan verloopt, zouden de werken tegen november 2014 klaar zijn.

Gewijzigde verkeerssituatie op de brug

De overgang naar de tweede fase is gepland voor de nacht van 8 op 9 mei 2014. Vanaf 9 mei wordt de brughelft in de richting van Nederland verhoogd. Tijdens de volledige duur van die tweede fase zal al het verkeer in beide richtingen over de brughelft richting Antwerpen rijden. Om de tweede fase voor te bereiden, is er nog een korte tussenfase van 23 april tot en met 8 mei. Tijdens die twee weken zal het verkeer in beide richtingen passeren op de uiterst rechtse kant van iedere brug, zodat er in het midden ruimte is voor voorbereidende ingrepen (onder meer het aanpassen van een doorsteek door de middenberm).

Doorvaarthoogte aanpassen

De werken aan de burg van de E34 in Oelegem kaderen in het grootschalige project van NV De Scheepvaart om de doorvaarthoogte van alle bruggen over het Albertkanaal aan te passen aan de Europese norm van 9,10 meter. Op die manier kunnen containerschepen met vier lagen containers voorbijvaren en kunnen ook grotere kustschepen het Albertkanaal gebruiken. De doorvaarthoogte van de brug in Oelegem wordt verhoogd met 2,65 m zodat over de volledige breedte van het kanaal onder de brug de vereiste 9,10m gehaald wordt. De pijlers en de landhoofden onder de brug worden opgehoogd en de toegangshellingen naar de brug aangepast.

Tijdelijk brughelft afgesloten

De brug van de E34 in Oelegem is opgebouwd uit twee kokerbruggen los van elkaar (één kokerbrug bestaat uit twee kokers). Daardoor kan NV de Scheepvaart gefaseerd werken, zodat de verkeershinder tot een minimum beperkt blijft. De brughelften zijn voldoende breed en voldoende sterk om tijdelijk vier versmalde rijstroken over één brughelft te laten passeren. Via tijdelijke doorsteken op de middenberm wordt het verkeer voor en na de werfzone op het andere rijvak gebracht. Daar beschikt elke rijrichting dan over twee versmalde rijstroken. Plaatselijk is daarvoor de wegverharding verbreed.