Er zitten deze dagen veel meer algen in (kleine) vijvers dan anders. Dat komt door de regen en de lage temperaturen. De regen zorgt ervoor dat het water minder zuur wordt, waardoor algen beter kunnen groeien. Daarnaast hebben die algen ook minder last van bacteriën, omdat de temperaturen veel lager zijn dan normaal.

Regenwater in een vijver zorgt ervoor dat het mineraalgehalte naar beneden gaat. En mineralen hebben we nodig voor het goed functioneren van de vijver. Die zorgen ervoor dat de zuurtegraad, de pH, stabiel blijft. Normaal moet die waarde rond 7 liggen en nu zien we veel vijvers met heel hoge waarden. Een te hoge pH-waarde, vanaf 8, betekent algen en problemen met de vijver.

Daarnaast speelt ook de temperatuur een rol. Die is veel te laag voor de tijd van het jaar. Daardoor groeien de bacteriën niet. Die beginnen pas te vermenigvuldigen vanaf 10 à 12 graden. Bacteriën ruimen normaal afvalstoffen op, ze zetten nitriet om in nitraat. Dat is dan weer een voedingsstof voor planten, maar ook die groeien nog niet genoeg door de koude.

Oplossing?

Voor de vissen in de vijvers is dat niet zo'n groot probleem, maar veel mensen vinden het niet zo mooi: "Als je met een potje water uit je vijver naar een vijverspecialist gaat, dan kunnen die daar aan analyse van maken en bekijken wat eraan kan gedaan worden." (VRT NWS)