De federale onderhandelaars zitten al 26 uur samen in het voorzitterschap van de Kamer om een regeerakkoord in mekaar te boksen. Het is de bedoeling dat ze doorgaan "tot de finish". De komende uren moeten de onderhandelaars een akkoord bereiken over de begroting.

De onderhandelingen zijn gisteren om 14.30 uur van start gegaan. Tegen vanmorgen raakten ze blijkbaar in een stroomversnelling, toen er na voorbereidend werk in een technische werkgroep een akkoord over de pensioenen uit de plenaire vergadering kwam.

Daar passeerden ook de luiken Werk en Sociale Zaken de revue. Niet alle thema's werden evenwel "afgeklopt". De fiscalisering van de welvaartsenveloppe zit bijvoorbeeld in de budgettaire onderhandelingen.

Nadien gingen de gesprekken voort tussen de twee coformateurs en de vier partijvoorzitters, met daartussen wat ruimte om de innerlijke mens te versterken. De vewachting is dat de onderhandelingen nog even voortduren.

"Het loopt heel moeizaam, maar er is geen pessimisme", analyseert VRT-journalist Marc Van de Looverbosch in de Wetstraat. Na het akkoord over de begroting, moeten de ministerportefeuilles nog verdeeld worden.

Een mogelijke piste is dat de N-VA, MR, CD&V en Open VLD dan vrijdag of zaterdag hun congressen zouden kunnen samenroepen en de namen van hun regeringsleden invullen. Maandag zouden de nieuwe excellenties dan naar koning Filip kunnen trekken om de eed af te leggen. 

Maar wat is er tot nu toe wel al beslist?

Het meest opmerkelijke is de verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd. Opmerkelijk, want tijdens de verkiezingscampagne werd daar met geen woord over gerept. Nu kiezen de onderhandelaars voor een nieuwe federale regering er toch voor, wellicht omdat het in de buurlanden gebeurt en omdat Europa erop aandringt.

Vanaf 2025 zullen we met zijn allen dus moeten werken tot 66 jaar, vanaf 2030 zelfs tot 67 jaar. In verband met brugpensioenen komen er overgangsmaatregelen. Voor wie 58 jaar is in 2016 komt er twee jaar bij, voor wie 59 is maximaal een jaar. De regering-Di Rupo had eerder al de maatregelen rond het vervroegde pensioen strenger gemaakt. Zij besliste dat het tegen 2016 pas op 62-jarige leeftijd kon.

Wie 65 jaar is of een volle loopbaan achter de rug heeft, kan na zijn pensioen wel onbeperkt bijverdienen.

Overgangsmaatregelen voor pensioenen bij politie

Voor de pensioenen bij de politie komen er specifieke overgangsmaatregelen. Bij de politie weerklonk de laatste weken heel wat protest na een beslissing van het Grondwettelijk Hof. Dat arrest had beslist dat iedereen binnen de politie tot de leeftijd van 62 moet werken. Welke overgangsmaatregelen er nu zijn beslist door de Zweedse coalitie, is nog niet bekend.

Tijdskrediet

Er komt ook een uitbreiding van het tijdskrediet met twaalf maanden, specifiek voor mensen die voor hun kinderen (tot 8 jaar) willen zorgen, voor mensen die een ziek familielid zorgen of voor palliatieve zorgen. Met andere woorden, wie dus ouderschapsverlof wil of een ziek familielid wil verzorgen kan dat twaalf maanden langer dan nu. Tijdskrediet nemen om op wereldreis te gaan, zou echter niet meer meetellen voor het pensioen.

Langdurig werklozen moeten wekelijks gemeenschapsdienst verrichten

Daarnaast moeten langdurig werklozen twee halve dagen per week gemeenschapsdienst verrichten. Dat moet ervoor zorgen dat de werklozen voeling en betrokkenheid verrichten. Ook zou er sprake zijn van een integratietraject op de arbeidsmarkt van mensen met een invaliditeit.

Meer uren toegestaan in horeca

In de horeca zullen er ook veel meer overuren per jaar worden gepresteerd. Het aantal toegestane uren wordt namelijk uitgebreid van 180 naar 360 uur per jaar.

Eenmalige indexsprong

Als het afhangt van de onderhandelaars, zal er dit jaar ook een indexsprong met sociale correcties plaatsvinden. De automatische indexering van de lonen blijft wel behouden. De lonen zullen dus blijven aangepast worden aan de levensduurte. Toch zal dat automatisme één keer worden overgeslagen.

Wat zal er niet in het regeerakoord zitten?

Er komt wel al zeker geen beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd, nochtans was dat een belangrijk thema in de campagne van N-VA. De ontslagnemende regering-Di Rupo had al een aantal wijzigingen voorzien inzake de werkloosheidsuitkering, maar de centrumrechtse onderhandelaars versterken de maatregel dus niet.

Het voorstel van N-VA om het minimumloon voor jongeren onder de 21 naar beneden te halen, zodat lager opgeleiden sneller aan een job zouden geraken, lijkt er nog niet meteen aan te komen. N-VA was voorstander omdat het de loonkost zou verminderen en tegelijk de jongerenwerkloosheid zou aanpakken. CD&V is dan weer tegenstander. (vrt)