Als werknemer of als ambtenaar mag u een deel van uw beroepskosten inbrengen. Die worden dan van uw inkomen afgetrokken waardoor u minder belastingen moet betalen.

Er bestaan 2 manieren om die beroepskosten in te brengen: ofwel doet u niets en baseert de fiscus zich op een forfaitair bedrag, ofwel telt u zelf alle kosten op, maar dan moet u die ook allemaal kunnen bewijzen.

Wat is het meest interessant?

Het meest makkelijk is ongetwijfeld kiezen voor het forfait. Dan hoeft u namelijk helemaal niets te doen. De fiscus houdt dan rekening met een forfaitair bedrag aan beroepskosten en trekt dat af van uw inkomen. U hoeft dan ook niets te bewijzen. Het hoogte van de bedrag is afhankelijk van uw loon, maar het maximum forfait is hoe dan ook 4.320 euro.

Maar u bent dus niet verplicht dat forfait zomaar te aanvaarden. Als u denkt dat uw beroepskosten hoger liggen dan dat forfait, dan kun u ook altijd uw werkelijke beroepskosten ook inbrengen.

Het is hoe dan ook interessant om die optelsom even te maken, om na te gaan of u boven het forfait zou uitkomen. (lees verder op VRTNWS)