Natuurgebied De Maat bestaat grotendeels uit historische 'wateringen'. Via een ingenieus grachten- en stuwensysteem werd vroeger water vanuit het kanaal over de graslanden geleid: het 'witteren'.

Aanvoer van kalkrijk Maaswater

Dankzij de aanvoer van kalkrijk Maaswater kreeg men een betere kwaliteit hooi. Dit was van groot belang in de tijd dat paarden de belangrijkste werkkrachten waren in de landbouw en economie. Hooilanden zorgden voor de 'brandstof' en tegelijk voor een grote bloemenpracht en hoge natuurwaarde.

Zeldzame plantensoorten

De toevoer van kanaalwater veranderde natuurlijk het een en ander, het bracht zaden van verschillende zeldzame plantensoorten met zich mee.

Zo staan er op de verschillende vloeiweides in De Maat nog de laatste exemplaren herfststijlloos: een najaarsbloeier met krokusachtige, lila bloempjes. Maar ook de gulden en slanke sleutelbloem en kale vrouwenmantel zijn zeldzame bloemen die nu met name in tuinen terug te vinden zijn, maar vroeger (en binnenkort) het beeld van de hooilanden in De Maat bepaalden.

Methode in onbruik

Door het intensieve manuele onderhoud van de vele stuwen en greppeltjes raakte deze methode in onbruik.

Dat paarden vervangen werden door tractors, was de laatste doodslag voor deze specifieke manier van landbouw. Ze werd enkel nog in een handvol natuurreservaten overeind gehouden.

Herstelwerken

Via een Project Subsidie Natuur kon Natuurpunt afgelopen zomer de 22 stuwen herstellen die een bevloeiing mogelijk maken.

Ook de stronkengaten die in het grasland waren achtergebleven, konden opnieuw gevuld worden. Dit alles gebeurde met specifieke lagedrukmachines en het nodige uitsparen van de nog aanwezige groeiplaatsen.

Dit jaar wordt nog een nieuwe toevoerstuw geplaatst en houtopslag teruggezet op een tweede watering in het gebied. Dit natuurherstel gebeurt via een Project Subsidie Natuur van de Vlaamse Overheid met steun van het ELFPO in opdracht van Natuurpunt.'