De meeste energieleveranciers rekenen te veel aan voor groene stroom. Dat schrijft Het Nieuwsblad. Op veel facturen staat dat groenestroomcertificaten 125 euro per stuk kosten, maar in werkelijkheid is dat zo'n 20 euro minder.

De Vlaamse energieregulator Vreg kreeg onlangs de opdracht om te berekenen wat nu eigenlijk de werkelijke kostprijs van groene stroom is. Er bestonden namelijk vermoedens dat de werkelijke kostprijs door vele leveranciers niet correct gefactureerd werd.

Groene stroom wordt opgewekt uit een hernieuwbare bron, zoals zonne-energie en windenergie. In Vlaanderen moet elke leverancier minstens 6 procent groene stroom leveren. Daarvoor moeten ze voldoende certificaten kunnen voorleggen.

Op de meeste facturen staat dat die 125 euro per stuk kosten, maar volgens de Vreg kosten die certificaten gemiddeld 103 euro. 125 euro is het boetebedrag dat leveranciers moeten betalen als ze er niet in slagen om genoeg certificaten voor te leggen, maar bijna alle leveranciers slaagden daar wel in. Ze betaalden per certificaat dus gemiddeld 22 euro minder dan op de factuur vermeld staat.

Volgens Vlaams minister van Energie Freya Van den Bossche (SP.A) nemen de leveranciers een te grote winstmarge, "een winstmarge die eigenlijk niet mag bestaan". Volgens haar hebben de leveranciers mogelijk onder elkaar afgesproken om allemaal toch die 125 euro op de factuur te zetten. "Er zijn er maar een paar die dat niet doen."

In Het Nieuwsblad zegt ze dat er vanaf nu elk jaar een rapport over de werkelijke kostprijs van de certificaten gepubliceerd zal worden. "Consumenten zullen dus zelf kunnen zien wie er 20 euro te veel aanrekent."