In de commissie welzijn werd het voorstel van decreet goedgekeurd, ingediend door Vlaams Volksvertegenwoordiger Martine Taelman (Open Vld), dat binnenlandse adoptie beter regelt. "Mensen die in de toekomst de regels rond adoptie aan hun laars lappen mogen zich aan ernstige straffen verwachten," aldus Martine Taelman.

Begin december 2014 werden er hoorzittingen gehouden in de commissie welzijn van het Vlaams Parlement om het systeem van gedwongen adoptie in de jaren zeventig en tachtig bloot te leggen. De hoorzittingen brachten veel opheldering over waar in het verleden het schoentje wrong bij de binnenlandse en dan vooral gedwongen adopties. Vooral het feit dat zoveel dossiers plots integraal verdwenen blijken te zijn, heeft verregaande gevolgen voor alle betrokkenen die vandaag op zoek zijn naar hun bloedverwanten en hen wellicht nooit meer zullen vinden. Dat mag nooit meer gebeuren. Martine Taelman (Open Vld) heeft eerder haar strepen al verdiend met uitstekende wetgeving rond buitenlandse adoptie (toen nog een federale materie) en bereikte deze week hetzelfde voor binnenlandse adoptie (Vlaamse materie). Zij heeft haar voorstel tot decreet door de commissie weten te loodsen, mede ondertekend door Lorin Parys, Katrien Schryvers, Peter Persyn, Vera Jans en Tine van der Vloet. Bij de passage door het Parlement binnen enkele weken wordt geen tegenstand verwacht.

Naar aanleiding van de verplichte adopties zoals in het Lommelse tehuis Tamara engageerde de Kerk zich om nog bestaande dossiers over te dragen aan Kind en Gezin en de Vlaamse adoptieambtenaar zou de taak op zich nemen om inzagerecht te verschaffen in de dossiers. "Dit is een goed stap, maar eigenlijk hadden die dossiers al lang geleden moeten overgedragen zijn. Door dit tijdsverlies zijn zelfs dossiers voorgoed verloren. Ik wil dit in de toekomst voorkomen. Vandaar mijn initiatief", aldus Martine Taelman.
Van de 3 voorstellen vanuit het parlement die deze legislatuur al werden goedgekeurd, kwamen er 2 op initiatief van Taelman.

Het voorstel wijzigt het decreet van 3 mei 1989 dat de erkenning van adoptiediensten regelt. Voor buitenlandse adoptiediensten is het vandaag reeds zo dat zij, eens de adoptie gerealiseerd, binnen de 4 maanden een kopie van het adoptiedossier overmaken aan het Vlaams Centrum voor Adoptie. Bovendien bevat het decreet interlandelijke adoptie –dat destijds tot stand kwam dankzij een initiatief van Open Vld-parlementslid Koen Helsen- een strafsanctie voor alle personen die in het bezit waren van adoptiedossier en ze niet overmaakten aan het Vlaams Centrum. Dat moet voor binnenlandse adoptie op zijn minst ook zo zijn.

"Ik wil garanderen dat voor nieuwe adoptiedossiers van meet af aan een kopie aan de Vlaamse adoptieambtenaar wordt overgemaakt. Voor nieuwe adoptiediensten wordt dit zelfs een erkenningsvoorwaarde. Zodat er tenminste altijd een spoor en mogelijkheid tot inzage voor alle betrokkenen bestaat, want dat blijkt vandaag een grote behoefte te zijn bij alle slachtoffers van de gedwongen adoptie. Ook voor de binnenlandse adopties wil ik voorzien in een strafsanctie voor al wie zijn oude dossiers niet overmaakt aan het Vlaams Centrum."