Een nieuw pijpleidingtraject dat de chemiebedrijven in Vlaanderen ondergronds verbindt met de chemie-industrie in Nederlands Limburg en Duitsland zou zowel ecologisch als economisch een bijzonder goede zaak zijn. Zo reageert sectorfederatie essenscia op de beslissing van Vlaams minister van Omgeving Demir om de procedures hiervoor op te starten.

Minister Demir gaf dinsdag aan dat er vanuit de bedrijfswereld interesse is in een mogelijke pijpleidingenroute tussen de Antwerpse chemiecluster en het Duitse Ruhrgebied. Zo is er bijvoorbeeld een concrete vraag voor de aanleg van een propaanleiding, zegt ze. Demir gaf het departement Omgeving al de opdracht om een plan- en vergunningsproces op te starten.

Essenscia reageert alvast uitermate positief op die beslissing. "Pijpleidingen halen jaarlijks tienduizenden vrachtwagens van de weg, zorgen voor veilige extra transportcapaciteit en versterken de concurrentiekracht van de Antwerpse haven en de chemiesector in Vlaanderen."

De sectorfederatie geeft aan dat de bestaande pijpleiding Antwerpen-Limburg-Luik jaarlijks voor zowat 100.000 vrachtwagens minder op de weg zorgt tussen de Antwerpse haven en het industriële chemiecomplex Chemelot in het Nederlandse Geleen.

"Dit is dan ook een cruciale route voor nieuwe pijpleidingen. In de eerste plaats omdat zo ook de vele chemiebedrijven langs het Albertkanaal in Geel, Meerhout, Beringen en Tessenderlo op dit netwerk kunnen aansluiten. Bovendien is dit tracé van strategisch belang voor de verdere verbinding met het Duitse Ruhrgebied en het BASF-complex in Ludwigshafen."

"Pijpleidingen zijn op ecologisch vlak een van de beste transportkeuzes", zegt gedelegeerd bestuurder Frank Beckx. "Ze zorgen voor minder verkeer, minder uitstoot en ze veroorzaken geen visuele, geluids- of geurhinder. Ze zijn ook ontzettend belangrijk voor de internationale concurrentiepositie van de Antwerpse haven en de chemiesector in Vlaanderen." (Belga)