De Hoge Raad van Financiën heeft advies uitgebracht over het begrotings-traject dat de federale overheid, gemeenschappen en gewesten dienen te volgen om de overheidsfinanciën van alle overheden op orde te krijgen.

Europa vraagt vanaf 2023 een jaarlijkse inspanning van 0,6% BBP verbetering, maar beveelt landen met een hoge schuldgraad aan om ook al in 2022 de houdbaarheid van de overheidsfinanciën te verzekeren.

Ook stelt de HRF een verdeelsleutel van 75%-25% voor de te leveren inspanning door respectievelijke federale overheid en regionale overheden. Staatssecretaris voor Begroting Eva De Bleeker wil ondanks de moeilijke omstandigheden de budgettaire uitdaging aangaan.

De Hoge Raad van Financiën (HRF) verenigt verschillende deskundigen die fundamentele problemen van budgettaire, financiële en fiscale aard bestuderen.

Op basis van hun bevindingen stellen ze aanpassingen en hervormingen voor. De afdeling Financieringsbehoeften van de overheid brengt jaarlijks een advies uit over het begrotingstraject van de gezamenlijke overheid (federale overheid en regionale overheden) voor de komende drie jaar.

Dat advies werd vandaag gepubliceerd. De HRF werkte twee trajecten uit die gevolgd kunnen worden om de overheidsfinanciën te verbeteren en tegen het einde van de legislatuur voor een schuldstabilisatie te zorgen.

Beide trajecten hebben het Europese begrotingskader als leidraad vanaf 2023. In het algemeen zegt dat kader dat lidstaten hun staatsschuld onder de 60% BBP moeten houden en hun begrotingstekort moeten beperken tot 3% BBP.

Als dat niet het geval is, moet de lidstaat een jaarlijkse structurele verbetering doen van minimaal 0,5%. In het geval van ons land, dat met een zeer hoge staatsschuld te maken heeft, is die inspanning vastgelegd op 0,6%.

Door de coronapandemie heeft de Europese Commissie de zogenaamde General Escape Clause geactiveerd. Dat houdt in dat bovenstaande begrotingsregels in 2020 en 2021 opgeschort werden, ook in 2022 zullen de normale regels nog niet van toepassing zijn.

Net als de Europese commissie raadt de HRF de verschillende regeringen aan om toch al werk te maken van een budgettair structureel verbeteringstraject. Dat is nodig om de staatsschuld, die reeds voor corona hoog was en door corona alleen nog maar hoger is geworden, beheersbaar te houden.

Staatssecretaris voor Begroting Eva De Bleeker is het eens met de HRF. Meer nog, de federale regering maakt er nu al werk van. In het regeerakkoord is er afgesproken dat de federale overheid een bijkomende inspanning doet als het economisch herstel dit toelaat.

De hoogte van de inspanning is afhankelijk van de economische parameters en daarom variabel. De recentste economische prognoses stellen dat het mogelijk moet zijn om vanaf 2022 jaarlijks een variabele inspanning van 0,3% te doen, bovenop de reeds voorziene 0,2% vaste inspanning.

De federale overheid voorziet dus al een groot deel van de vereiste inspanning. De 0,6% verbetering is echter niet alleen de verantwoordelijkheid van de federale overheid. De Europese Commissie kijkt namelijk naar het begrotingscijfer van de gezamenlijke overheid, dus met andere woorden ook naar de cijfers van de regionale overheden.

Om die reden is er sinds 2013 een samenwerkingsakkoord tussen de regionale overheden en de federale overheid om hun begrotingsinspanningen af te stemmen. Helaas is dit samenwerkingsakkoord de voorbije jaren meer niet dan wel nagekomen.

Er werd meermaals akte genomen van het gezamenlijk begrotingstraject i.p.v. een goedkeuring. Dat resulteert vaak in slechte punten van de Europese Commissie en een landenspecifieke aanbeveling om tot een akkoord te komen binnen België voor een gezamenlijk begrotingstraject.

Op dit vlak doet de HRF ook een aanbeveling. Ze stelt voor om de totale benodigde inspanning als volgt: 75% voor de federale overheid en 25% gefedereerde entiteiten.

Ook hier kan staatssecretaris De Bleeker zich in vinden. Ze is al langer vragende partij voor een gezamenlijk begrotingstraject. Het advies van de HRF in aanloop van het in te dienen stabiliteitsprogramma bij Europa tegen het einde van deze maand is voor haar dan ook de perfecte aanleiding om dit debat ten gronde te voeren.

Bij de voorgestelde verdeelsleutel neemt de federale overheid, het leeuwendeel van de inspanning voor zich maar worden de gefedereerde entiteiten ook mee geresponsabiliseerd.

In het eerste traject dat de HRF voorstelt, liggen de geplande inspanningen van de federale regering vandaag al in lijn van het aandeel van 75%. Het tweede traject vraagt forsere inspanningen, zowel van de federale overheid als van de gefedereerde entiteiten.

Beide trajecten uit het advies moeten nog besproken worden, ook met de deelstaten, want die zullen dus samen voor 25% van de inspanning moeten zorgen in beide trajecten.

Staatssecretaris De Bleeker: "We moeten samen deze crisis verwerken. Elke regering zal zijn verantwoordelijkheid moeten nemen om het structureel begrotingstekort terug te dringen.

De uitdaging is zeer groot, en zeker voor de federale overheid, maar ik wil die uitdaging aangaan. De federale overheid levert dit jaar al inspanningen en zal die de komende jaren aanhouden. "

De Bleeker kan zich ook in een aantal andere aanbevelingen van de HRF sterk vinden. Zo benadrukt de HRF de noodzaak om groeibevorderende uitgaven te doen en de tewerkstellingsgraad te verhogen.

Twee zaken waar De Bleeker zelf veel belang aan hecht. Elke uitgave wordt kritisch bestudeerd op zijn meerwaarde alvorens de staatssecretaris haar akkoord geeft. Ook pleit de HRF voor spending reviews. De Bleeker lanceerde recent nog drie pilootprojecten voor spending reviews.

Die zijn erop gericht om te evalueren hoe gericht en efficiënt bepaalde uitgaven zijn. Einddoel is om meer te doen met dezelfde middelen, wat op lange termijn ook besparingen oplevert.

Tot slot beveelt de HRF aan om maximaal transparant te zijn over de uitgaven in de strijd tegen corona. Transparantie is een kernwaarde en handelsmerk van staatssecretaris De Bleeker. In 2020 werd de coronaprovisie telkens forfaitair verhoogd met 1 miljard.

Onder impuls van De Bleeker gebeurt dit nu enkel nog op basis van de specifieke uitgaven die moeten gebeuren. Op die manier heeft het parlement op voorhand inzage voor wat de coronaprovisie zal worden aangewend.

Voor 30 april moet ons land bij de Europese Commissie het stabiliteitstraject voor ons land indienen.