Grote complexiteit rond wetgeving en de inzet van 'personeel' bij organisatie vaccinatiecentra

Nu alle locaties van de 94 Vlaamse vaccinatiecentra bekend zijn, moet het razendsnel gaan. Steden en gemeenten staan voor de opdracht om op zeer korte termijn de infrastructuur en de praktische organisatie van lokale vaccinatiecentra op te zetten.

Niet alleen het vinden van voldoende 'personeel' kan lastig worden. Er zijn behoorlijk wat vraagstukken inzake arbeidswetgeving en de operationele inzet van alle medewerkers en vrijwilligers.

Planning en bezetting cruciaal

De eerste opdracht bestaat eruit om voldoende en gekwalificeerd 'personeel' te vinden om de vele vaccinaties op een veilige wijze te kunnen toedienen. Per centrum zijn artsen, vaccinatoren, begeleiders, IT support, voorbereiders, stewards,... nodig om de vaccinaties in goede banen te leiden.

Natuurlijk, om binnen een zo kort mogelijk tijdsbestek zo veel mogelijk vaccins te kunnen toedienen (het is bijvoorbeeld ondenkbaar dat vaccins in de koelkast zouden blijven liggen) moeten al die medewerkers zo efficiënt mogelijk worden ingezet en op tijd worden ingepland.

Dit zorgt voor een complexe organisatorische puzzel waarbij workforce planning cruciaal is. Wat zijn de ideale openingsuren? Hoeveel medewerkers heb ik nodig in functie van het aantal geleverde vaccinaties ?

Hoe schaal ik op en af indien er plots méér of minder vaccins kunnen worden geleverd? In welke shiften laat ik de medewerkers werken? Hoe kunnen medewerkers zélf aangeven wanneer ze beschikbaar zijn voor ondersteuning?

Hoe communiceer ik de personeelsroosters naar die mensen en hoe zorg ik ervoor dat de verloning correct verloopt? Best wat voer voor planning dus.

Wettelijke kader arbeidsduur

Daarnaast dient bij de uitwerking van de hele werkorganisatie ook rekening te worden gehouden met het wettelijke kader. De vaccinatiecentra zullen immers maanden aan een stuk, allicht ook in de weekends, operationeel zijn. De inzet van alle betrokken medewerkers moet correct gebeuren in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving.

Het uitgangspunt in het arbeidsrecht is redelijk eenvoudig. De maximale arbeidsduur bedraagt 38u per week en 9u (5-dagenweek) of 8u (6-dagenweek) per dag.

Arbeid op zon- en feestdagen alsook nachtarbeid zijn niet toegelaten. De arbeidswetgeving - zowel voor de publieke als de private sector - bevat echter tal van uitzonderingen op het voormelde uitgangspunt.

Die regels verschillen evenwel naargelang het uitzonderingsregime dat wordt gekozen, waarbij er moet op gelet worden dat niet alle uitzonderingsregimes integraal gelden voor de publieke sector.

Voor sommige uitzonderingsregimes is bijvoorbeeld een grote mate van sociaal overleg vereist opdat zij kunnen worden ingevoerd, waardoor dit enige tijd en een goede voorbereiding vergt.

Grote diversiteit in rechtsgrond

Tot slot komt daar nog bij dat de medewerkers die zouden worden ingeschakeld in de vaccinatiecampagne een zeer diverse groep vormen.

Denk aan medewerkers van private of publieke verzorgingsinstellingen die mogelijk tijdelijk worden gedetacheerd naar het vaccinatiecentrum. Of zelfstandige verpleegkundigen en artsen, brandweerlieden, vrijwilligers, gemeentewerkers, studenten en ook apothekers.

Deze mensen vallen niet allemaal onder dezelfde reglementering. Door die diversiteit in statuten kan dus niet zomaar dezelfde rechtsbasis voor de hele werkorganisatie worden ingeroepen. Bijvoorbeeld kan niet elke medewerker zomaar in het weekend werken, en zijn er best wat vragen rond de vergoeding van vrijwilligers.

Kortom, er is naast een diepgaande kennis van de arbeidswetgeving in de publieke en private sector ook behoorlijk wat puzzelwerk en creativiteit vereist om deze ongeziene operatie in goede banen te leiden.