De regeling voor de geregistreerde of witte kassa is deels ongrondwettig en moet worden vernietigd. Dat stelt de auditeur van de Raad van State. Volgens de auditeur is de zogenoemde tien procentregel, die de witte kassa verplicht voor horecazaken die minstens tien procent van hun omzet uit het serveren van maaltijden halen, een vorm van willekeur. Het verslag van de auditeur wordt nagenoeg steeds gevolgd door de Raad van State.

De regeling van de geregistreerde kassa werd bij de Raad van State aangevochten door Horeca Limburg en Horeca Vlaanderen. Zij tekenden verzet aan tegen de verplichte invoering van de zogenoemde witte kassa, zoals bepaald in het KB van 15 december 2013.

Dat KB bepaalt dat de invoering van de geregistreerde kassa enkel verplicht is voor horecazaken die "regelmatig" maaltijden verschaffen. De btw-administratie besliste vervolgens zelf dat "regelmatig" wil zeggen dat minstens tien procent van de omzet uit het serveren van maaltijden moet komen.

De auditeur stelt dat een kassaregeling, gesteund op het criterium van het "regelmatig verschaffen van maaltijden", tot willekeur zal leiden en dat is een schending van het Grondwettelijk gelijkheidsbeginsel. Bovendien is de tien procentregel onwettig omdat de btw-administratie niet bevoegd is om een dergelijke regel vast te stellen, stelt de auditeur. (vrt)