Vandaag heeft de Ministerraad op initiatief van Vicepremier en Minister van Mobiliteit Georges Gilkinet de Spoorvisie 2040 goedgekeurd.

Een primeur in de spoorweggeschiedenis en de politieke geschiedenis. Met dit document zet de federale regering een duidelijke, ambitieuze en motiverende koers uit, zodat er coherente en onderbouwde beslissingen kunnen worden genomen voor het spoorwegbeleid voor de komende 20 jaar.

De voortdurende verbetering van de efficiëntie en dienstverlening aan de klanten, zowel reizigers als bedrijven, staan centraal in deze originele aanpak.

Georges Gilkinet, federaal minister van Mobiliteit: "Vandaag zetten we de trein naar morgen op het spoor. Voor de allereerste keer hebben onze spoorbedrijven, maar ook alle belanghebbenden, nu een langetermijnvisie en een stappenplan, met als doel om de klant een optimaal aanbod te bieden.

Zo wil de federale regering nu spoorweggeschiedenis schrijven, met als doel om nog meer mensen en bedrijven te overtuigen om te kiezen voor de trein, het groenste transportmiddel. Dankzij deze visie kunnen alle overheids- en privé-actoren de beste beslissingen nemen om de toekomst voor te bereiden! "

Een ambitieuze spoorvisie voor doordachte antwoorden die aangepast zijn aan grote uitdagingen

Na al te veel jaren van desinvesteringen in het spoor, voert de federale regering nu de ambitie uit om van het spoor de ruggengraat van onze mobiliteit te maken.

Ons land staat voor gigantische uitdagingen op vlak van klimaatontregeling, de strijd tegen luchtverontreiniging en files, maar ook voor verkeersveiligheid, de exploderende energieprijzen en energie-onafhankelijkheid.

"De trein is een belangrijke hefboom voor elk van deze uitdagingen. Op voorwaarde dat we duidelijke en efficiënte keuzes maken, zowel op vlak organisatorisch, budgettair als economisch vlak. Keuzes die gebaseerd zijn op een grondige denkoefening over de mobiliteit die we morgen en overmorgen willen.

Voorts onze spoorwegmaatschappijen voor te bereiden met het oog op de liberalisering van het reizigersvervoer die Europa vooropstelt," vervolgt Georges Gilkinet.

Meer reizigers en meer goederen per spoor

Bij ongewijzigd beleid zou het aantal treinreizigers niet stijgen, berekende het Federaal Planbureau nog onlangs.

Maar nu maakt de federale regering expliciet de keuze om niet voort te gaan met "business as usual", maar juist de middelen te voorzien om meer reizigers en meer bedrijven naar de trein te halen.

Het marktaandeel van de trein (het aantal mensen dat kiest voor de trein en niet voor een ander vervoermiddel) is nu 8% voor het reizigersvervoer en dat moet stijgen naar 15% in 2040.

Zo moet het marktaandeel van het goederenvervoer van 12% naar 20% tegen 2040.

Een trein om de 15 minuten rond grote steden – Een trein elke 30 minuten op de rest van het spoornet

In de Spoorvisie 2040 staat de klant centraal. De bedoeling is dat reizigers rekenen op vlotte en betrouwbare overstappen, met met een maximale keuze van treinbestemmingen, een trein om de 30 minuten op het hele spoornet en elke 15 minuten rond de grote steden, en een geïntegreerd uurrooster.

Andere belangrijke punten zijn toegankelijke stations en treinen, een aantrekkelijk tarievenbeleid dat mensen overtuigt, betere reizigersinformatie. Voor internationaal treinverkeer wordt de concurrentiepositie met het luchtverkeer verbeterd door nacht- en HST-treinen en een treindienst die de Europese hoofdsteden verbindt, vanuit Brussel als natuurlijke spoorhub.

Ook voor het goederenvervoer wordt meer rekening gehouden met noden van de bedrijven die het spoor gebruiken, met een vlottere dienstverlening, meer flexibiliteit, een verbeterd parkeer- en trieerbeleid, betere planning van de werken aan het spoor, ...

Groenere en beter geconnecteerde spoorwegen

De trein is al een zeer duurzaam transportmiddel, maar er is nog marge voor verbetering. Het doel is om 100% groene energie te gebruiken en om nog veel meer aandacht te schenken aan milieu en biodiversiteit in het dagelijkse functioneren van de bedrijven.

Zo moeten de spoorwegbedrijven een voorbeeldrol opnemen, bijvoorbeeld door meer recyclage en circulariteit, door duurzame overheidsopdrachten en door de productie van hernieuwbare energie.

"Om van de trein de ruggengraat van de mobiliteit te maken, moet de trein worden aangesloten op andere gewestelijke vervoersoplossingen en multimodale toegankelijkheid van stations door actieve en/of gedeelde vervoerswijzen zal systematisch verzekerd worden.

De dienstregelingen van de verschillende vormen van openbaar vervoer zullen beter op elkaar worden afgestemd. En al die beslissingen maken van de mobiliteit een echte vrijheid", besluit de minister.

De Visie Rail 2040 maakt deel uit van de globale strategie "De trein naar morgen", die verschillende fasen omvat, waarvan de belangrijkste het openbaredienstcontract met de NMBS, het performantiecontract met Infrabel, de meerjareninvesteringsplannen en het masterplan voor het goederenvervoer, drie documenten die momenteel uitgewerkt en onderhandeld worden.'  Foto NNieuws.