Vandaag besliste de Ministerraad over de verdeling van de investeringen voor het spoor in het kader van het Transitieplan: meer toegankelijke stations, een betere spoorweginfrastructuur voor meer goederenvervoer en een verbeterd reizigersverkeer, en een betere verbinding tussen Brussel en Luxemburg.
Een vierde van het budget van het Transitieplan, een kwart miljard euro, gaat naar spoorweginvesteringen.
Georges Gilkinet: "De federale regering maakt een heldere keuze: het spoor wordt de ruggengraat van de mobiliteit van de toekomst. Daar draagt dit Transitieplan volop aan bij.
Met deze 250 miljoen geven we opnieuw steun aan het spoor. Sinds het begin van deze legislatuur keren we de trend van het verleden en investeren we volop voor de treingebruikers, zowel reizigers als bedrijven! Dat is goed voor onze economie en het klimaat."
Toegankelijkheid – 28 miljoen
Georges Gilkinet: "Het is belangrijk dat iedereen vlot de trein kan nemen, ook als je wat slechter te been bent, reist met kinderen, als je minder goed hoort of ziet of een fysieke beperking hebt.
Daarom kocht NMBS ook al beter toegankelijke M7-treinen. Daarom investeren we in onze stations. Dankzij deze investeringen, die beslist werden aan het begin van de legislatuur, maken we mobiliteit makkelijker en vrijer."
Zowel in het regeerakkoord als in het federaal Actieplan "Handicap" is betere toegankelijkheid van stations en treinen een prioriteit.
De regering werkt hier volop aan en investeert daarom nu opnieuw 28 miljoen voor een betere toegankelijkheid, met digitale projecten voor een beter onthaal in de stations en verbeterde reizigersinformatie en door infrastructuurwerken in stations om de perrons te verhogen of het onthaal te verbeteren.
Goederenvervoer – 180 miljoen
Georges Gilkinet: "De doelstelling van de federale regering is om het vervoerde vrachtvolume per spoor te verdubbelen tegen 2030. Een goederentrein haalt 50 vrachtwagens van de weg.
Dat verbetert de verkeersveiligheid, vermindert de files en de CO2-uitstoot. We willen hiermee ook onze bedrijven en de lokale werkgelegenheid steunen."
Een groot deel van de investeringen gaan naar de uitbouw van het goederenvervoer. Zo zijn er heel wat investeringen in de havens van Antwerpen, Gent en Zeebrugge, of in de strategische Montzen-route of de Athus-Meuselijn, of spooraansluitingen naar grote bedrijven.
Tegelijkertijd wijst Georges Gilkinet er op dat investeringen voor het goederenvervoer ook de reizigers ten goede komen. Goederen- en reizigerstreinen gebruiken het zelfde spoornet. Alle investeringen verbeteren het netwerk in zijn geheel en verminderen zo de milieu-impact van de mobiliteit.
Hoge ambities voor de reizigers
In ons land is mobiliteit verantwoordelijk voor 30% van de CO2-uitstoot en, ondanks de pandemie, kostten files ons land in 2021 bovendien 4,5 miljard, zo berekende het VBO.
België engageerde zich via het regeerakkoord om de CO2-uitstoot met -55% te doen dalen tegen 2030 en klimaatneutraal te worden tegen 2050. De regering heeft dan ook hoge ambities om meer mensen en bedrijven voor de trein te laten kiezen.
Naast de verdubbeling van het vervoerde volume aan goederen per spoor, wil de federale Mobiliteitsminister ook het aantal treinverplaatsingen in de mobiliteitsmix verdubbelen in de komende 20 jaar.
Georges Gilkinet: "Het doel is om ons netwerk nu nog steviger en robuuster te maken, de eigen inkomsten van de spoorbedrijven te verhogen, de economie te steunen en zo een opwaartse spiraal te creëren voor het spoorvervoer."
Deze 250 miljoen investeringen van het Transitieplan komen bovenop de 365 miljoen euro die de regering eerder al vrijmaakte in het kader van het Europese relanceplan. Het Boostplan staat op de rails.
As Brussel-Luxemburg – 42 miljoen
Een laatste deel van de investeringen gaat naar de spooras tussen Brussel en Luxemburg (de zogenaamde "As 3"). België wil meer internationale dag- en nachttreinverbindingen, met Brussel als internationaal spoorknooppunt.
De geplande investeringen verbinden de Europese hoofdsteden Brussel, Luxemburg en Straatsburg met elkaar en maken ook de verbinding van de BENELUX met Frankrijk, Zwitserland en Italië beter.
Het gaat om een lijn met een groot reizigerspotentieel. Dankzij de bijkomende middelen worden de geplande investeringswerken versneld, zodat de gemoderniseerde spoorverbinding eerder in dienst kan worden genomen: in de loop van 2028.
De reistijd tussen Brussel en Luxemburg wordt ook met meer dan een half uur ingekort voor de snelste treinen op deze verbinding.' Foto GG/NNieuws.